Uitleg Pensioenbegrippen (op alfabetische volgorde)

In deze lijst vindt u een aantal pensioenbegrippen. Deze lijst kan u helpen bij ingewikkelde begrippen over het pensioen. In verschillende artikelen op HRzone wordt naar deze lijst gerefereerd.
Geschreven door Claudette Blankestijn, Montae
AOW
Iedereen die in Nederland woont of werkt, heeft recht op AOW. De AOW is het ouderdomspensioen van de overheid vanaf de AOW-leeftijd. De hoogte van de AOW is afhankelijk van de woonsituatie (Met woonsituatie bedoelen we of je alleen woont of met iemand anders). Iedere burger die tussen zijn of haar 15e en 65e levensjaar in Nederland woont of, bouwt jaarlijks 2% AOW op.
AOW-leeftijd
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Per 1 januari 2013 is de AOW-leeftijd met 1 maand verhoogd. In de jaren daarna gaat de AOW-leeftijd in stapjes omhoog. In 2019 is de AOW-leeftijd 66 jaar en in 2023 is dat 67 jaar. Vanaf 2024 wordt de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting.
Ben je geboren voor 1 januari 1948? Dan is de AOW-leeftijd nog 65 jaar. Ben je echter geboren op of na 1 januari 1948? Dan is de ingangsdatum van de AOW afhankelijk van de geboortedatum. Zie het schema:
U bent geboren: |
U krijgt AOW in: |
Uw leeftijd als uw AOW-uitkering ingaat, is: |
voor 1 januari 1948 |
2012 |
65 |
na 31 december 1947 en voor 1 december 1948 |
2013 |
65 + 1 maand |
na 30 november 1948 en voor 1 november 1949 |
2014 |
65 + 2 maanden |
na 31 oktober 1949 en voor 1 oktober 1950 |
2015 |
65 + 3 maanden |
na 30 september 1950 en voor 1 augustus 1951 |
2016 |
65 + 5 maanden |
na 31 juli 1951 en voor 1 juni 1952 |
2017 |
65 + 7 maanden |
na 31 mei 1952 en voor 1 april 1953 |
2018 |
65 + 9 maanden |
na 31 maart 1953 en voor 1 januari 1954 |
2019 |
66 |
na 31 december 1953 en voor 1 oktober 1954 |
2020 |
66 + 3 maanden |
na 30 september 1954 en voor 1 juli 1955 |
2021 |
66 + 6 maanden |
na 30 juni 1955 en voor 1 april 1956 |
2022 |
66 + 9 maanden |
na 31 maart 1956 en voor 1 januari 1957 |
2023 |
67 |
na 31 december 1956 |
2024 |
nog niet bekend.* |
* De AOW-leeftijd na 2024 is afhankelijk van de levensverwachting. Vanaf 2024 wordt de AOW-leeftijd steeds 5 jaar tevoren vastgesteld. |
Als je AOW ontvangt en je partner heeft de AOW-leeftijd nog niet bereikt dan kom je in aanmerking voor een toeslag boven het AOW-pensioen. Je krijgt deze toeslag totdat jouw partner de AOW-leeftijd heeft bereikt. De hoogte van de toeslag hangt af van jouw inkomen en dat van jouw partner. Vanaf 1 april 2015 vervalt deze toeslag.
Beschikbare premieregeling
In deze pensioenregeling wordt de deelnemer jaarlijks een pensioenpremie toegezegd, die meestal bestaat uit een leeftijdsafhankelijk percentage van de pensioengrondslag. De inleg wordt belegd tot aan de pensioendatum. Op de pensioendatum dient het totaal gespaarde pensioengeld te worden gebruikt om levenslang ouderdomspensioen en eventueel nabestaandenpensioen aan te kopen. Het uiteindelijke pensioenresultaat is afhankelijk van de ingelegde premies, de kosten en de rendementen.
Deelnemer
Een (gewezen) werknemer die op grond van een pensioenovereenkomst pensioenaanspraken verwerft.
Eindloonregeling
Bij een eindloonregelingen wordt het pensioenrecht opgebouwd over het laatst verdiende salaris onder aftrek van de AOW-franchise. Als je loon wordt verhoogd wordt ook het pensioen wat in het verleden bij de werkgever is opgebouwd (backservice) verhoogd.
Franchise
De franchise is het bedrag waarover geen pensioen wordt opgebouwd. Hier wordt rekening mee gehouden, omdat er ook AOW wordt uitgekeerd die dient als basisuitkering bij pensionering. De franchise wordt jaarlijks op 1 januari aangepast. Het reglement van de pensioenregeling bepaalt in welke mate de franchise jaarlijks wordt aangepast.
Gepensioneerde
Pensioengerechtigde voor wie het ouderdomspensioen ingaat
Gewezen deelnemer
Iemand die in het verleden pensioenrechten heeft opgebouwd, maar dit niet meer doet en waarvoor geen premie meer betaald hoeft te worden.
Indexatie (ook toeslagverlening genoemd)
Hiermee wordt de verhoging na ingangsdatum van ingegane pensioenen en/of (premievrije) pensioenaanspraken (voor pensioeningang) bedoeld. Het percentage van de verhoging kan vast zijn of is gekoppeld aan een indexcijfer zoals loon- of prijsindex. Hiermee wordt voorkomen dat het opgebouwde pensioen haar waarde verliest door inflatie.
Middelloonregeling
Een regeling waarbij het pensioen wordt gebaseerd op het gemiddelde salaris dat over de hele loopbaan wordt verdiend. Ieder jaar bouw je een stukje pensioen op over de pensioengrondslag. Het opgebouwde pensioen kan jaarlijks geïndexeerd worden.
Nabestaandenpensioen op opbouwbasis
Hierbij bouwt u een voorziening op waaruit uw nabestaanden een uitkering ontvangen als u mocht overlijden. Ook als u uit dienst gaat blijft deze voorziening bestaan.
Nabestaandenpensioen op risicobasis
Hierbij wordt een uitkering voor uw nabestaanden bij uw overlijden gedekt door een verzekering waarvoor elke maand premie wordt betaald. Als u uit dienst gaat, vervalt deze risicodekking.
Opbouwpercentage
het percentage van de pensioengrondslag dat bepaalt hoeveel pensioen u jaarlijks opbouwt
Ouderdomspensioen
Ouderdomspensioen is het inkomen voor de tijd dat men niet meer werkt vanaf de in de pensioenregeling omschreven pensioenleeftijd. Deze uitkering wordt tot aan het overlijden van de pensioengerechtigde uitgekeerd. Het ouderdomspensioen, wat bij verschillende werkgevers kan zijn opgebouwd, komt bovenop het staatspensioen, de AOW.
Pensioengevend salaris
Inkomen meetellend voor pensioenopbouw.
Pensioengrondslag
Het gedeelte van het loon, dat de grondslag vormt voor de pensioenopbouw van een deelnemer. Bij het ouderdomspensioen is dit het pensioengevend salaris, vermindert met de franchise.
Pensioenrichtleeftijd
De leeftijd waarop werknemers ouderdomspensioen ontvangen
Pensioenuitvoerder
De instantie die uw pensioen uitvoert zoals de administratie, beleggen van pensioengelden, uitkeren van pensioen. Dit kan een ondernemingspensioenfonds, bedrijfstakpensioenfonds, verzekeraar of premiepensioeninstelling zijn.
Slaper
Zie omschrijving gewezen deelnemer
Uitruil van pensioen
Ouderdomspensioen kan worden omgezet in nabestaandenpensioen en andersom. Hiervoor geldt wel dat het nabestaandenpensioen daadwerkelijk moet zijn opgebouwd. Dit geldt niet voor nabestaandenpensioen op risicobasis (dit soort nabestaandenpensioen biedt wel dekking bij overlijden maar je bouwt hier geen waarde mee op). De uitruil moet uiterlijk op pensioendatum plaatsvinden.
Variabele pensioenleeftijd
In de pensioenregeling kan een variabele ingangsdatum van het ouderdomspensioen zijn opgenomen. De variatie bestaat uit het eerder of later laten ingaan van het ouderdomspensioen. Het ouderdomspensioen dient uiterlijk op 70-jarige leeftijd in te gaan.
Variatie in de hoogte van de pensioenuitkering
Een deelnemer aan een pensioenregeling kan zijn pensioen op pensioendatum laten omzetten in een pensioen dat eerst hoger en daarna lager is dan het reglementaire pensioen. Een variatie tussen de hoogste en de laagste uitkering van maximaal 100:75 is toegestaan.
Werkgever
Degene die een werknemer arbeid laat verrichten
Wezenpensioen
Dit is een vorm van nabestaandenpensioen dat na het overlijden van een deelnemer tot het bereiken van een bepaalde leeftijd wordt uitgekeerd aan de kinderen van de betrokken deelnemer. Partner- en wezenpensioenen samen noemen we nabestaandenpensioen.